Pijn wordt hier geïnterpreteerd als elk onaangenaam gevoel, zoals: pijn bij blessures maar ook beperkende gevoelens of belastingen die het normale dagelijks functioneren verstoren, zoals:
vervelende bewegingsbeperkingen, stemmingswisselingen, migraines, slaapstoornissen enz...
In de Manuele Neurotherapie en Zenuwreflexologie worden de klachten geanalyseerd naar de input uit de vier pijlers.
Die analyse leidt tot een holistisch beeld van de klachten.
Alle toegepaste handelingen zijn gericht op het beïnvloeden van de diverse componenten van het zenuwstelsel.
Overbelastingen, kwetsuren of disfuncties worden door bepaalde zenuwen geregistreerd en naar het ruggenmerg gevoerd. Vandaar gaan de prikkels naar de hersenen.
Pijler 1. Prikkels uit het bewegingsstelsel, al dan niet schadelijk, worden geregistreerd door zenuwen uit het
"somatisch zenuwstelsel"
Pijler 2. Prikkels uit het orgaan, hormoon en immuunsteslel worden geregistreerd door zenuwen uit het
"autonome zenuwstelsel"
Pijler 3. Alle prikkels van pijler 1 en 2 worden in het ruggenmerg samengevoegd.
Opstijgende zenuwbanen brengen de prikkels naar de verchillende hersenkernen.
Ruggenmerg en hersenen vormen samen het "centrale zenuwstelsel".
Pijler 4. Psycho-emotioneel.
Midden in de hersenen ligt een gebied, limbisch systeem genaamd.
Daarin worden deprikkels "getoetst"aan emoties, stressfactoren, leerprocessen, omgevingsfactoren enz...
Al die factoren kunnen de prikkeloverdracht versterken of afdempen.
De communicatie tussen de zenuwen uit de vier pijlers gebeurt door chemische stoffen of "neurotransmitters".
Bepaalde neurotransmitters werken stimulerend (=excitatie), terwijl anderen dempend werken (=inhibitie).
Bovendien kan dat alles nog beïnvloed worden door hormonen uit de bloedsomloop en cytokines uit het immuunsysteem die ook weer de signalen kunnen versterken of dempen.
Wanneer en hoe ontstaat pijn en in welke mate wordt de ernst van de pijn bepaald?
Alle signalen uit het lichaam, emoties, leerprocessen, omgevingsfactoren en zoveel meer worden in de hersenen verwerkt door een samenspel van neuronen die zich met elkaar verbinden.
Een "pijncircuit" ontstaat als de diverse hersencentra besluiten dat er een bedreiging is, een gevaar. Dat pijncircuit kan op zijn beurt versterkt of afgezwakt worden.
Een angstcircuit (b.v. angst om te bewegen bij rugpijn) boven op het pijncircuit zal de pijn versterken.
Een motivatie-circuit (b.v: dit is niet erg, ik moet verder) kan het pijncircuit afzwakken.
Het brein beslist dus, onafhankelijk van de ernst van de schade, hoe ernstig de pijn zal zijn.
Pijn is dus eerder te beschouwen als een "bevriend" signaal, een beschermingsfactor.
Hoe groot die beschermingsfactor zal zijn hangt af emoties, geheugen en leerprocessen.
Belangrijk!
Pijn ontstaat niet enkel door overbelastingen of functiestoornissen in het lichaam.
Emoties, traumatische ervaringen of psycho-emotionele overbelasting verstoren rechtstreeks de centra in het limbisch systeem. Zij kunnen daardoor talrijke veranderingen teweegbrengen in heel het lichaam, inclusief fysieke pijn.